1. Activiteiten op de korte termijn: 2020-2021

Ontwikkeling van de opleiding

Momenteel staat de opleiding V&G binnen de beide OORs (AMC e VUMC) hoog aangeschreven. De academische ziekenhuis zijn ondergebracht in het Amsterdam UMC (AUMC), de verwachting is dat de opleidingen in 2021-2022 zullen worden samengebracht in een OOR. IN 2020 zullen w nog uit beide OORs AIOS hebben in het FZ. AIOs komen graag naar ons ziekenhuis vanwege uitgebreide leermogelijkheden in het medisch inhoudelijk domein, aanbod aan chirurgische vaardigheden, aanbod van leerdoelen in algemene competenties en de mogelijkheid die geboden wordt tot een geheel individueel opleidingsplan (IOP).

Doel 2020-2021

Een AIOs laat een sterke leercurve zien wanneer gedoceerd nieuwe leerdoelen worden aangeboden. Het is van groot belang de leerdoelen aan te laten sluiten bij de al aanwezige capaciteiten van de AIOs. Dit betekent dat leerdoelen van de AIOs doorslaggevend zijn t.o.v. de bedrijfsvoering. Hiervoor is een organisatie structuur nodig die dit mogelijk maakt.

In 2020 zal mn facilitair het kennismaken met de gynaecologische oncologie worden uitgewerkt. Hier valt te denken aan bijwonen van twee wekelijks MDO met het AUMC voor 2e jaars AIOS en differentianten.

In 2020 zal een begin worden gemaakt met een menstruatiepoli. Hierin kunnen de jongere jaars AIOS thema gewijs dit onderdeel van het vak leren. Voor alle AIOS zal een groter deel van
MvB 13 juni 2020[Geef tekst op] Pagina 2
ingrepen beschikbaar komen op de POK, gezien de verplaatsen van kleine chirurgische ingrepen naar de poli, omdat daar de mogelijkheid tot sedatie is gecreëerd.

Opleider en AIOS stellen leerdoelen vast. Hierbij worden andere leden van het opleidingsteam betrokken.
De opleider is verantwoordelijk dat het IOP uitvoerbaar en realiseerbaar is op de afdeling, dit wordt drie maandelijks geëvalueerd.
Dit specifieke opleidingsdoel wordt verder jaarlijks geëvalueerd (september/oktober) in de SETQ van de opleider, maar komt daarnaast in het DIALOOG gesprek specifiek naar voren.

In de komende periode zal (2020-2023) jaar zal in het OOR AMC / OOR VUMC (OOR AUMC) reductie plaats vinden van opleidingsplekken, door terugbrengen van aantallen door BOLS toegewezen. Hierdoor ontstaat het gevaar dat er verdunning van AIOS plaats zal vinden over de andere perifere opleidingsklinieken.
De opleider zal actief tijdens opleidingsvergaderingen trachten het aantal AIOs te behouden voor het FZ. Argumenten hiervoor zijn eerder genoemde zaken als IOP al ver doorgevoerd, veel chirurgische leerdoelen worden gehaald, niveau van AIOs die teruggaan naar academische opleiding is hoog etc.
In 2020-2021 is het doel om het aantal AIOS dan werkzaam op onze afdeling binnen het basisdeel van de opleiding 3-4 te laten zijn. Voor differentianten zal gestreefd worden naar het aantal van 3, zodat in ons ziekenhuis het aantal AIOS op onze afdeling zal liggen op 6-7 AIOS. In de praktijk werken de meeste AIOS 0.8 fte wat neer komt op 5- 5.4 fte.

In januari 2016 zijn de eerste BOEG AIOS gestart met een differentiatie. Het FZ heeft sinds 2018 structureel een differentiant werkzaam gehad binnen onze afdeling en zien we dat de bekendheid binnen de AIOs groep tav de mogelijkheden die het FZ te bieden heeft groeit. In 2019 hebben we structureel al 2-3 AIOS werkzaam gehad binnen onze afdeling

Het FZ heeft veel leerdoelen voor differentianten, maar momenteel zijn OLVG West en Oost de meest aangeschreven klinieken in de regio.

In 2020-201 dient er een verbetering van de website medische vervolgopleidingen van het FZ en van onze eigen afdeling plaats te vinden. Recent onderzoek heeft laten zien dat dit van grote invloed is op de keuze van de AIOS. De opleider zal hiervoor binnen de COc aandacht en hulp vragen. Tevens zal de opleider zich actief opstellen in alle vergaderingen in het cluster om het FZ onder de aandacht van AIOS te brengen. In 2019 is een van de clusteronderwijs thema’s door onze afdeling georganiseerd, dit is ook een mooi podium om differentianten te werven en zal in 2021 weer plaatsvinden. MvB 13 juni 2020[Geef tekst op] Pagina 3

In 2021 zal het meetbaar punt zijn dat we jaarlijks minimaal twee differentianten hebben, maar streven naar gedurende de periode 75% drie differentianten.

In zomer 2020 zal het lokale opleidingsplan worden herschreven door een werkgroep. Hierin participeren opleider, plaatsvervangend opleider en oudste AIOS. Opleider is lid van het Concillium en heeft participatie in LOGO werkgroep, zodat onderdelen van nieuwe landelijke opleidingsplan meegenomen kunnen worden.

Streefdata:

  • 1 september : concept opleidingsplan gereed voor meelezen door vakgroep en AIOS
  • 1 november: vaststellen opleidingsplan
In 2021 staart de opleidingsvisitatie gepland in juni, gezien alle verschuivingen door COVID-19 zou dit ook iets later kunnen worden.
De proefvisitatie zal worden gepland in november –december 2020 waarbij naast de leden van de COc ook een opleider uit een van de andere perifere klinieken in het OOR zal worden gevraagd.
Gunilla Kleiverda zal in juni 2021 van haar welverdiende pensioen gaan genieten, dan heeft zij zich bijna 20 jaar met haar en ziel verbonden aan het opleiden van j9onge gynaecologen. Als FZ, maar vooral als vakgroep waren wij bevoorrecht dat zij in ons midden was en zullen we haar gaan missen.

Maar het geeft ook de kans aan een van onze jonge collega’s om zich nog meer bezig te gaan houden met de opleiding. Binnen de vakgroep zullen we inventariseren wie deze taak kan en op zich wil nemen. Bij de benoeming zullen we ook de AIOS een adviserende rol geven.

Het opleidingsklimaat is in 2019 als goed beoordeeld door de AIO’s. De vakgroep ervaart dit ook en is hier zeer content mee. Dit onderdeel heeft extra aandacht en wordt gemonitord en driemaandelijks geëvalueerd in opleidingsvergadering en tijdens het 3D overleg (staf, AIOS en verloskundigen). Het opleidingsklimaat wordt verder meegenomen in de kwaliteitsevaluaties (SetQ, DIALOOG). Doel voor 2020-2021 is een stabiel verbeterd leerklimaat op de overdracht te handhaven. AIOS zijn voorzitter van de overdracht , voor deze taak zal een jaarlijkse training worden georganiseerd in het kader van medisch leiderschap.

Kwaliteit van de opleiding

  1. Speerpunten zijn in 2020: opleidingsklimaat handhaven, innovatie in opleiding vormgeven en leiderschap AIOS bevorderen
  2. Professionalisering van de opleidingsgroep 2020: alle leden: minimaal een cursus binnen de medische opleidingen per staflid, plaatsvervangend opleider extra onderwijsgerichte cursussen (bv basiscursus opleider van NVOG)

Samenwerking en afstemming

Lokaal

Binnen het FZ zullen we in het kader van de opleiding blijven samenwerken met alle vakgroepen. Er is een intensievere samenwerking met de afdeling

  • Kindergeneeskunde, wekelijkse besprekingen, perinatal audit, NLS. Doel is om de ingezette kwalitatieve verbetering (medisch inhoudelijk) verder vorm te geven.
  • Chirurgie: medisch inhoudelijk, acute patiënt met buikpijn. In 2016 is gestart met gezamenlijk jaarlijkse laparoscopie complicatie besprekingen en laparoscopisch onderwijs. Dit borgen in een continue opzet.
  • Urologie/ MDL/ GE: samenwerking opzetten voor urogynaecologie en prolapsproblematiek

Intervisie voor opleiders/ leden van opleidingsgroepen: al jaren participeren leden van onze vakgroep hierin en dit zal worden voortgezet.

Regionaal

  • Zullen in het cluster de refereeravonden worden bezocht, per staflid minimaal een refereeravond per jaar
  • Verder zal worden geparticipeerd in wetenschappelijke (consortium)studies.
  • In 2018 is gestart met een intervisie groep voor alle opleiders in het OOR VUMC, dit zal worden voortgezet

2. Activiteiten voor de langere termijn (5 jaarcyclus 2020-2025)

Het terugbrengen van opleidingsplaatsen zal in de komende jaren een rol gaan spelen op de hoeveelheid AIOS die in onze vakgroep worden opgeleid. Dit kan implicaties hebben voor de bedrijfsvoering en hierop zullen wij als afdeling moeten acteren. Belangrijk is dat we onze goede marktpositie voor differentianten houden en dat wij als FZ ook interessant blijven. De vakgroep zal hiertoe maximaal zich moeten inzetten. Tevens moet het FZ kijken naar zijn positie tov andere ziekenhuizen op financieel / salaris gebied.
Het zorglandschap zal veranderen. De opleidingen zullen mee moeten met innovaties, juiste zorg op de juiste plek en dit incorporeren in de opleiding.
Het is een ambitie van de vakgroep om de minimale invasieve chirurgie uit te bouwen en mogelijk ook een teaching rol te gaan spelen.