Hoofdstuk

Resultaat
vj 2020

Opmerking
vj 2020

Resultaat
vj 2019

Opmerking
vj 2019

Verschil 2020 tov 2019

Landelijk gem. 2019

Zorginhoudelijke indicatoren K&V: JR   K&V: JR     Bron: SKI
Populatie: zie opmerking bij cel            

1. Chirurgisch volume

A – Aantal unieke patiënten, welk chirurgisch behandeld worden, in verband met een gynaecologische tumor, uitgesplitst per tumortype. EXTERN: In het Flevoziekenhuis worden, in overleg en afstemming met de IGJ (februari 2020), laagrisico ingrepen (laparoscopische stageringen en proeflaparotomie met vriescoupe) bij patiënten van de CGOA-locatie AMC uitgevoerd. Dit in verband met capaciteitsgebrek van de CGOA-locatie AMC. De ingrepen worden uitgevoerd door een GOA van het Flevoziekenhuis, onder supervisie en aanwezigheid van een GOA van de CGOA-locatie AMC. In 2020 zijn in totaal 42 ingrepen uitgevoerd: 20 patiënten met endometriumcarcinoom, 20 ovariumcarcinoom en 2 vulvacarcinoom. Hiervan totaal 21 volledige stagering (laparoscopisch 17 en 4 abdominaal), 8 pleviene stageringen. EXTERN: In het Flevoziekenhuis worden, in overleg en afstemming met de IGJ (februari 2020), laagrisico ingrepen (laparoscopische stageringen en proeflaparotomie met vriescoupe) bij patiënten van de CGOA-locatie AMC uitgevoerd. Dit in verband met capaciteitsgebrek van de CGOA-locatie AMC. De ingrepen worden uitgevoerd door een GOA van het Flevoziekenhuis, onder supervisie en aanwezigheid van een GOA van de CGOA-locatie AMC.    
I – Aantal unieke patiënten, welk chirurgisch behandeld worden, i.v.m. een ovariumcarcinoom. 20 Hiervan 20 OK’s in het Flevoziekenhuis uitgevoerd voor laagrisco ingrepen bij ovarium carcinoom: 11 (4 na proeflaprotomie) stageringen en 1 debulking na proeflaparotomie, 7 borderline tumoren (na proeflap met vriescoupe) en 1 granuolsaceltumor. 16 INTERN: 6 OK’s door FZ: 4 borderline tumor, 2 laagrisco ovariumcarc waarbij alleen adnectomie op verzoek pte.  9 laagrisico ovariumcarcinoom laparoscopische stagering en 1 stagering per laparotomie met CGOA-AMC (aanstelling gynaecologisch oncoloog in FZ) als start pilot ivm verplaatste zorg gezien wachttijden, 2 proeflaparotomie met VC zonder aanvullend stageren; 1 stageringslaparoscopie pas in jan 2020 uitgevoerd. 4 26,59
II – Aantal unieke patiënten, welk chirurgisch behandeld worden, i.v.m. een vulvacarcinoom. 2 1 RLE met SN en 1 pte met recidief vulvacarc 0   2 10,47
III – Aantal unieke patiënten, welk chirurgisch behandeld worden, i.v.m. een endometriumcarcinoom. 36 20 TLH/ AUE waarvan 4 met AUMC, verder 8 volledige lap stageringen ivm sereus carcinoom en 8 pelviene stageringen ivm gr 3 endometroid (allen met AUMC) 18 INTERN: 10 x TLH met adnexa; bij 8 patiënten OK gezamelijk met CGOA-AMC gezien samenwerking / pilot verplaatste zorg, 1 OK pas plaatsgevonden in 2020. Hierbij uitgebreide stagering bij 5 patiënten en 2 patienten alleen bekkenklieren 18 25,73
IV – Aantal unieke patiënten, welk chirurgisch behandeld worden, i.v.m. een cervixcarcinoom. 4   3 INTERN: vroeg stadium: 2 keer TLH en 1 conisatie 1 8,5
B – Aantal gynaecologisch chirurgische behandelingen, in verband met een gynaecologische tumor, uitgesplitst per tumortype.            
I – Aantal chirurgische behandelingen, i.v.m. een ovariumcarcinoom. 20   16   4 26,4
II – Aantal chirurgische behandelingen, i.v.m. een vulvacarcinoom. 2   0   2 12,45
II – Aantal chirurgische behandelingen, i.v.m. een endometriumcarcinoom. 36   18   18 26,27
IV – Aantal chirurgische behandelingen, i.v.m. een cervixcarcinoom. 4 1 conisatie/ 1 uterusextirpatie met LNN (aanvankelijk endometriumcarc)/ 2 TLH 3   1 9,26
C – Aantal unieke patiënten, dat niet chirurgisch behandeld worden, in verband met een gynaecologische tumor, uitgesplitst per tumortype.            
I – Aantal unieke patiënten, zonder chirurgie als onderdeel van de behandeling, i.v.m. een ovariumcarcinoom. 3   0   3 3,78
II – Aantal unieke patiënten, zonder chirurgie als onderdeel van de behandeling, i.v.m. een vulvacarcinoom. 0   0   0 1,25
III – Aantal unieke patiënten, zonder chirurgie als onderdeel van de behandeling, i.v.m. een endometriumcarcinoom. 2   2   0 4,16
IV – Aantal unieke patiënten, zonder chirurgie als onderdeel van de behandeling, i.v.m. een cervixcarcinoom. 0   0   0 6,84

2. Wachttijd

         
Percentage unieke patiënten met een ovariumcarcinoom, met een wachttijd van ≤ 28 dagen tussen datum waarop het gynaecologisch-oncologisch zorgtraject wordt gestart en start gynaecologische behandeling.     Actie memo AD én Elsevier: Uitzoeken wanneer pt wel/ niet in DGOA moet worden geregistreerd. Onderzoeken of het mogelijk is om deze indicator vaker te kunnen monitoren (actie EVR GYN en K&V). Indien mogelijk indicator opnemen in de T-rapp GYN (actie K&V).    
Aantal unieke patiënten met een ovariumcarcinoom, met een wachttijd van ≤ 28 dagen tussen datum waarop het gynaecologisch-oncologisch zorgtraject wordt gestart en start gynaecologische behandeling. 20   16   4  
Aantal unieke patiënten met een ovariumcarcinoom, dat gynaecologische behandeling ondergaat. 20   16   4  

Percentage (wordt automatisch berekend)

AD TOP 100 én ELSEVIER INDICATOR
(resultaat AD 2018: 0 / 2 punten)

100,00%   100,00%    (onveranderd) 60,10%

3. Debulking

           
A – Percentage unieke patiënten, met een hoog stadium ovariumcarcinoom, dat een gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat, waarbij een primaire debulking heeft plaatsgevonden.     Geen primaire debullkings uitgevoerd    
Aantal unieke patiënten, met een hoog stadium ovariumcarcinoom, dat een gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat, waarbij een primaire debulking heeft plaatsgevonden. 1   Niet van toepassing in FZ      
Aantal unieke patiënten, met een hoog stadium ovariumcarcinoom, dat een gynaecologisch debulkingoperatie ondergaat. 1   Niet van toepassing in FZ      
Percentage (wordt automatisch berekend) 100,00% Er heeft 1 debulking plaatsgevonden onder supervisie/door de GOA van de CGOA-locatie AMC. Normaliter worden patiënten hiervoor doorgestuurd naar AUMC maar tijdens een proeflaparotomie bleek dat deze ingreep noodzakelijk was. Omdat de patiënt meer hinder zou ondervinden door opnieuw (en dan op locatie AUMC) geopereerd te worden en daarnaast de ingreep in het Flevoziekenhuis plaats vond door dezelfde arts die in het AUMC de ingreep zou uitvoeren (dezelfde GOA) heeft de debulking plaatsgevonden in het Flevoziekenhuis. Niet van toepassing in FZ      
B – Percentage unieke patiënten, met een hoog stadium ovariumcarcinoom, dat een gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat, waarbij de primaire debulking compleet is.     Geen primaire debullkings uitgevoerd    
Aantal unieke patiënten, met een hoog stadium ovariumcarcinoom, dat een gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat, waarbij de primaire debulking compleet is. 1   Niet van toepassing in FZ      
Aantal unieke patiënten, met een hoog stadium ovariumcarcinoom, dat een gynaecologisch primaire debulkingoperatie ondergaat. 1   Niet van toepassing in FZ      
Percentage (wordt automatisch berekend) 100,00% Er heeft 1 debulking plaatsgevonden onder supervisie/door de GOA van de CGOA-locatie AMC. Normaliter worden patiënten hiervoor doorgestuurd naar AUMC maar tijdens een proeflaparotomie bleek dat deze ingreep noodzakelijk was. Omdat de patiënt meer hinder zou ondervinden door opnieuw (en dan op locatie AUMC) geopereerd te worden en daarnaast de ingreep in het Flevoziekenhuis plaats vond door dezelfde arts die in het AUMC de ingreep zou uitvoeren (dezelfde GOA) heeft de debulking plaatsgevonden in het Flevoziekenhuis. Niet van toepassing in FZ      
C – Percentage unieke patiënten, met een hoog stadium ovariumcarcinoom, dat een gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat, waarbij de interval debulking compleet is.     Geen primaire debullkings uitgevoerd    
Aantal unieke patiënten, met een hoog stadium ovariumcarcinoom, dat een gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat, waarbij de interval debulking compleet is. 1   Niet van toepassing in FZ      
Aantal unieke patiënten, met een hoog stadium ovariumcarcinoom, dat een gynaecologisch interval debulkingoperatie ondergaat. 1   Niet van toepassing in FZ      
Percentage (wordt automatisch berekend) 100,00% Er heeft 1 debulking plaatsgevonden onder supervisie/door de GOA van de CGOA-locatie AMC. Normaliter worden patiënten hiervoor doorgestuurd naar AUMC maar tijdens een proeflaparotomie bleek dat deze ingreep noodzakelijk was. Omdat de patiënt meer hinder zou ondervinden door opnieuw (en dan op locatie AUMC) geopereerd te worden en daarnaast de ingreep in het Flevoziekenhuis plaats vond door dezelfde arts die in het AUMC de ingreep zou uitvoeren (dezelfde GOA) heeft de debulking plaatsgevonden in het Flevoziekenhuis. Niet van toepassing in FZ      

4. Gecompliceerd beloop

           
A – Percentage unieke patiënten met een primair ovariumcarcinoom, bij wie binnen 30 dagen na een chirurgische behandeling een gecompliceerd beloop optreedt            
Aantal unieke patiënten met een primair ovariumcarcinoom, bij wie binnen 30 dagen na een chirurgische behandeling een gecompliceerd beloop optreedt. 1 Complicatie: laparoscopie geconverteerd naar laparotomie waarbij serosa letsel dunne darm en daarom resectie met end to end anastomose. 1   0  
Aantal unieke patiënten met een, bovenstaande aangegeven primaire tumor, dat gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat. 20   16   4  
Percentage (wordt automatisch berekend) 5,00% INTERN: resultaat ligt boven het landelijk gemiddelde van 1,40% in 2019. Omschrijving van complicatie aanleveren. 6,25% INTERN: resultaat is 6,25% toegenomen tov resultaat vj 2018, maar ligt nog onder het landelijk gemiddelde van 6,87% in 2018. -1,25% 1,40%
B – Percentage unieke patiënten met een primair vulvacarcinoom, bij wie binnen 30 dagen na een chirurgische behandeling een gecompliceerd beloop optreedt.     Geen chirurgische behandelingen van primair vulvacarcinoom uitgevoerd.    
Aantal unieke patiënten van de betreffende tumor bij wie binnen 30 dagen na een chirurgische behandeling met curatieve intentie een gecompliceerd beloop optreedt. 0   Niet van toepassing in FZ      
Aantal unieke patiënten met een primair vulvacarcinoom, dat een gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat. 1   Niet van toepassing in FZ      
Percentage (wordt automatisch berekend) 0,00%   Niet van toepassing in FZ      
C – Percentage unieke patiënten met een primair endometriumcarcinoom, bij wie binnen 30 dagen na een chirurgische behandeling een gecompliceerd beloop optreedt.            
Aantal unieke patiënten met een primair endometriumcarcinoom, bij wie binnen 30 dagen na een chirurgische behandeling een gecompliceerd beloop optreedt. 0   0      
Aantal unieke patiënten met een, bovenstaande aangegeven primaire tumor, dat gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat. 36   18      
Percentage (wordt automatisch berekend) 0,00%   0,00%     0,55%
D – Percentage unieke patiënten met een primair cervixcarcinoom, bij wie binnen 30 dagen na een chirurgische behandeling een gecompliceerd beloop optreedt.     Geen chirurgische behandelingen van primair cervixcarcinoom uitgevoerd.    
Aantal unieke patiënten van de betreffende tumor bij wie binnen 30 dagen na een chirurgische behandeling met curatieve intentie een gecompliceerd beloop optreedt. 0   Niet van toepassing in FZ      
Aantal unieke patiënten met een primair cervixcarcinoom, dat een gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat. 4   Niet van toepassing in FZ      
Percentage (wordt automatisch berekend) 0,00%   Niet van toepassing in FZ      

5. Mortaliteit 30 dagen

A – Percentage unieke patiënten met een primair ovariumcarcinoom, welk binnen 30 dagen na laatst geregistreerde operatie of tijdens de ziekenhuisopname overlijdt.            
Aantal unieke patiënten met een primair ovariumcarcinoom, welk binnen 30 dagen na laatst geregistreerde operatie of tijdens de ziekenhuisopname overlijdt. 0   0      
Aantal unieke patiënten met een, bovenstaande aangegeven primaire tumor, dat gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat. 20   16      
Percentage (wordt automatisch berekend) 0,00%   0,00%     0,78%
B – Percentage unieke patiënten met een primair vulvacarcinoom, welk binnen 30 dagen na laatst geregistreerde operatie of tijdens de ziekenhuisopname overlijdt.     Geen chirurgische behandelingen van primair vulvacarcinoom uitgevoerd.    
Aantal unieke patiënten dat binnen 30 dagen na laatst geregistreerde operatie of tijdens de ziekenhuisopname overlijdt van de betreffende tumorsoort. 0   Niet van toepassing in FZ      
Aantal unieke patiënten met een primair vulvacarcinoom, dat een gynaecologisch chirurgische behandeling met curatieve intentie ondergaat. 1   Niet van toepassing in FZ      
Percentage (wordt automatisch berekend) 0,00%   Niet van toepassing in FZ      
C – Percentage unieke patiënten met een primair endometriumcarcinoom, welk binnen 30 dagen na laatst geregistreerde operatie of tijdens de ziekenhuisopname overlijdt.            
Aantal unieke patiënten met een primair ovariumcarcinoom, welk binnen 30 dagen na laatst geregistreerde operatie of tijdens de ziekenhuisopname overlijdt. 0   0      
Aantal unieke patiënten met een, bovenstaande aangegeven primaire tumor, dat gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat. 36   18      
Percentage (wordt automatisch berekend) 0,00%   0,00%     0,33%
D – Percentage unieke patiënten met een primair cervixcarcinoom, welk binnen 30 dagen na laatst geregistreerde operatie of tijdens de ziekenhuisopname overlijdt.     Geen chirurgische behandelingen van primair cervixcarcinoom uitgevoerd.    
Aantal unieke patiënten dat binnen 30 dagen na laatst geregistreerde operatie of tijdens de ziekenhuisopname overlijdt van de betreffende tumorsoort. 0   Niet van toepassing in FZ      
Aantal unieke patiënten met een primair cervixcarcinoom, dat een gynaecologisch chirurgische behandeling ondergaat. 4   Niet van toepassing in FZ      
Percentage (wordt automatisch berekend) 0,00%   Niet van toepassing in FZ      

6. Overleving 5 jaar

Percentage unieke patiënten met een primair ovariumcarcinoom, dat een in opzet curatieve behandeling ondergaat en na het eerste jaar tot en met het vijfde jaar nog in leven is.            
A – Percentage in opzet curatieve, primair geopereerde patiënten in verband met een ovariumcarcinoom, dat na 1 jaar nog in leven is. Niet ingevuld Niet ingevuld    
B – Percentage in opzet curatieve, primair geopereerde patiënten in verband met een ovariumcarcinoom, dat na 2 jaar nog in leven is. Niet ingevuld Niet ingevuld    
C – Percentage in opzet curatieve, primair geopereerde patiënten in verband met een ovariumcarcinoom, dat na 3 jaar nog in leven is. Niet ingevuld Niet ingevuld    
D – Percentage in opzet curatieve, primair geopereerde patiënten in verband met een ovariumcarcinoom, dat na 4 jaar nog in leven is. Niet ingevuld Niet ingevuld    

7. Respons PROMS

Percentage primair geopereerde patiënten in de klinische registratie van de DGOA welke preoperatief deel heeft genomen aan de PROMs vragenlijst.            
Aantal primair geopereerde patiënten in de klinische registratie van de DGOA welke preoperatief deel heeft genomen aan de PROMs vragenlijst. 0   0      
Aantal patiënten opgenomen in de klinische registratie van de DGOA. 91   39      
Percentage (wordt automatisch berekend) 0,00% Het Flevoziekenhuis neemt geen deel aan de DGOA PROMs. 0,00% Het Flevoziekenhuis neemt geen deel aan de DGOA PROMs.   1,62%